VIETNAM

We verlaten Cambodja op 9 februari en trekken richting Vietnam. Aan de grens moeten we nog vlug een formuliertje invullen dat we geen rare ziektes dragen en worden we hierop nog “gescand” met een apparaat dat lijkt op een toestel om elektrische kabels in de muur te vinden. We spijzen dan ook nog de Vietnamese staatskas met een dollar hiervoor.
We zijn blij dat we taal opnieuw kunnen ‘lezen’. Het Vietnamees gebruikt het Latijnse alfabet, maar gebruikt wel heel veel accenten, vaak staan ook verschillende accenten op dezelfde letter. “Lezen” kunnen we dus weer, uitspreken of begrijpen is nog iets anders :-).

We leave Cambodia on 9th February and head for Vietnam. At the border we need to fill out a form that we don’t carry any strange diseases and get “scanned” for this with a device that looks like an appliance to search for electrical wirings in the wall. We support the Vietnamese treasury with one dollar for this.
We are happy that we can ‘read’ the language again. Vietnamese uses the Latin alphabet, but it uses many accents. Often there are various accents on the same letter. So we can “read” the language again, pronouncing or understanding is still something else :-).

Grens Cambodja-Vietnam / Border Cambodia-Vietnam

Grens Cambodja-Vietnam / Border Cambodia-Vietnam

Over de grens houden we halt in het kleine stadje Ha Tien. Momenteel valt hier niet zo heel erg veel te beleven, maar ze plannen hier blijkbaar wel een vakantieresort om u tegen te zeggen. De meeste toeristen stoppen hier gewoon om naar het eiland Phu Quoc te gaan. Wij hebben onze eilandervaring al achter de rug en blijven één nachtje in Ha Tien om de anders lange busrit naar Saigon te onderbreken. We profiteren van de gelegenheid om lekkere zeevruchten te eten bij een straatkraampje. Inktvis, oesters, mosselen, vis, … alles zo vers als maar kan en tegen een heel scherpe prijs!
’s Anderendaags wachten we om 12.45u bij ons hotelletje. We worden om 13u opgepikt voor de bus richting Saigon (ofte Ho Chi Minh-stad) die om 13.30u vertrekt. In Zuid-Oost-Azië neemt men het vaak niet zo nauw met de tijd, maar je raakt wel altijd overal. Als we echter om 13.20u nog steeds voor ons hotel zitten te wachten, besluiten we toch even om het reisbureautje te bellen. In gebroken Engels word ik verteld dat men ons is komen zoeken, maar dat we om 13u niet bij ons hotel zaten en dat de receptioniste in ons hotel ons ook niet kende. (Vermoedelijk heeft de jongedame gisteren de verkeerde naam genoteerd). Hierdoor missen we wel onze bus, maar ze gaan proberen ons op de bus van 14u te krijgen. Dat lukt gelukkig, maar ipv een comfortabele bus, worden we in een minibus gewrongen voor een 9 uur durend tripje. Het wordt in ieder geval weer een rit om niet gauw te vergeten. We snorren door de Mekongdelta tussen hectaren en hectaren rijstvelden. Vietnam is na Thailand de grootste exporteur van rijst.
We zijn heel blij dat we vandaag de eindstreep halen. Zeker als blijkt dat onze chauffeur begint te knikkebollen en een medepassagier hem plots wakker schreeuwt.

Across the border we stop in the small town of Ha Tien. At the moment there is nothing much to do around here, but they’re planning to build a huge holiday resort. Most tourist stop here to cross to the island of Phu Quoc. We have just had our island experience and only spend one night at Ha Tien to interrupt the otherwise long bus ride to Saigon. We take advantage of being here to eat delicious seafood at a street stall. Squid, oysters, mussels, fish, … all very fresh and cheap at that!
The next day we are waiting outside our hotel at 12.45h. We are to be picked up at 13.00h to take the bus for Saigon (or Ho Chi Minh City), which leaves at 13.30h. In South-East Asia punctuality sometimes has to be taken with a pinch of salt, but you always get where you need to be. However, when we’re still at our hotel at 13.20h, we decide to call the travel agency. In bad English I’m being told that a driver came to look for us, but we were not at our hotel at 13.00h and the hotel receptionist did not know us. (We’re afraid that the young lady wrote down the wrong hotel yesterday.) We miss our bus, but they are going to try to put us on the two o’clock bus. That works out well, but instead of a comfortable bus, we’re squeezed into a minivan for a 9-hour drive. It’s definitely not going to be a ride we’ll easily forget. We cruise through the Mekong delta amongst hectares and hectares of rice paddies. After Thailand, Vietnam is the largest exporter of rice in the world.
We are happy we make it to the finish line. Especially, as our driver gets heavy eyelids and a fellow-passenger has to shout him awake!

Ha Tien... Mmmmh

Ha Tien… Mmmmh

Mekongdelta

Mekongdelta

Saigon is een enorme stad met 11 miljoen inwoners. Twee dingen vallen onmiddellijk op. Er rijden tot ons grote genoegen geen tuktuk rond. Dat is zo in heel Vietnam. Die zullen ons dus niet lastigvallen. Er crossen daarentegen wel bijna 7 miljoen brommertjes door de straten! De scooter is in Vietnam (en bij uitbreiding in heel Zuid-Oost-Azië) het belangrijkste vervoersmiddel. Bij het oversteken van de straat is het dan ook steeds uitkijken dat je niet van je sokken wordt gereden. Je raakt eraan gewend. Hoewel Ho Chi Minh een hele grote stad is, dwalen we er wel graag door de kleine straatjes.
Het oorlogsmuseum kan ons niet echt bekoren. Het is vooral een anti-Amerikaanse propaganda die wordt opgevoerd. Niet dat we daar nu tegen gekant zijn, maar de vele foto’s vertellen niets over het hoe en waarom van de oorlog, wel welke gruwelijkheden de Amerikanen hier hebben aangericht.
In de buurt van Saigon bezoeken we de grote Cao Dai-tempel. De sekteleer is gebaseerd op een mengeling van de leer van Confusius, het boeddhisme, het hindoeïsme en het christendom. Victor Hugo is één van hun 3 heiligen. De Cao Dai-jongens hebben wel goed geboerd hier. De tempel staat centraal in een enorm domein, is groot en mooi versierd.
Daarna gaat het richting Cu Chi, waar resten van de Vietcong-tunnels kunnen bezocht worden.
Groot is mijn verbazing als ik op een morgen bij mijn ontbijt Luc Devos ‘Lieve kleine piranha’ hoor zingen vanop de computer van de Vietnamese receptioniste. Tin heeft in de lage landen rondgereisd en luistert sindsdien naar MNM.

Saigon is a big city with a population of 11 million. Two things immediately strike us. To our great surprise there are no tuktuks. And it’s like that in the whole of Vietnam. So, they won’t be bothering us anymore. However, almost 7 million scooters scoot about in the streets. The scooter is the most important means of transport in Vietnam (and by extension in the whole of South-East Asia). When crossing the streets you need to look out not to be knocked over. But you get used to it. Even though Ho Chi Mihn City is a big city, we like roaming the smaller streets.
The war remembrance museum doesn’t really appeal to us. It’s more like an anti-American propaganda. Not that we have anything against that, but the many pictures don’t tell a lot about the how and why of the war; it does show the atrocities the Americans committed here.
Near Saigon we visit the big Cao Dai temple. The sect doctrine is based on a mixture of Confucianism, Buddhism, Hinduism and Christianity. Victor Hugo is one of its three saints. The Cao Dai followers have done well around here. The temple is built centrally on an enormous territory. It’s big and beautifully ornated.
Then it goes to Cu Chi, where we visit remainders of the Vietcong tunnels.
To my big surprise, at breakfast I hear a Belgian song playing at the reception. Tin, the Vietnamese receptionist, travelled through the Netherlands and Belgium and listens to Belgian radio since then.

Cao Dai tempel / temple

Cao Dai tempel / temple

Cu Chi tunnels

Cu Chi tunnels

Vanuit Saigon bussen we noordwaarts naar Nha Trang, waar we het gevoel hebben de enige westerse toeristen te zijn. We verblijven er enkele dagen tussen de Russen. Hier halen we even weer het tempo uit de reis en besluiten nog eens van zon, zee en strand te genieten nu l het nog kan. Terwijl overdag de toeristen het strand inpalmen, is het ’s avonds de beurt aan de lokale bevolking. Die picknicken maar al te graag in het zand. Wij mengen ons niet in het Russische gewoel en gaan iets verder in plaatselijke visrestaurantjes lokale delicatessen proeven.
Omdat we niet drie dagen aan een stuk op het strand willen doorbrengen, wandelen we via de Pro Nagar Cham Tower de stad uit naar een ‘kuuroord’ waar we onze vermoeide lichamen tot rust laten komen in helende modderbaden en mineraalwater.

From Saigon we bus north to Nha Trang, where we get the feeling of being the only western tourists. We stay a few days amongst the Russians. At Nha Trang we get the pace out of our trip and decide to enjoy the sun, the sea and the beach, while we still can. While at daytime tourists take possession of the beach, in the evening the locals conquer it back. They love to picnic in the sand. We don’t mix in the Russian bustle and head a bit further to local fish restaurant to taste local delicacies.
As we not only want to spend three days on the beach, we walk out of time via the Pro Nagar Cham Tower to a spa, where we let our weary bodies rest in healing mud baths and mineral water.

Nha Trang

Nha Trang

Nha Trang

Nha Trang

Nha Trang: lokale verkoopster op 't strand / local saleswoman on the beach

Nha Trang: lokale verkoopster op ‘t strand / local saleswoman on the beach

We nemen onze tijd in Nha Trang vooraleer we doorreizen naar Hue. Lies’ ex-collega Nadine en haar man Luc zijn inmiddels ook in Vietnam geland en we stemmen onze reizen wat op elkaar af. We ontvangen hen op een druilerige, ‘Belgische’ regendag in Hue. Wat leuk van ze om ons na 4 maanden nog eens wat slecht weer te bezorgen ;-). In Hue bezoeken we het keizerlijke paleis. Restauratiewerken zijn er volop aan de gang. En die zijn nodig ook. Het hele complex geeft een wat verloren indruk. Na een grondige opknapbeurt zal deze plek zeker de moeite waard zijn om te bezoeken; nu verlaten we wat ontgoocheld het pand.
’s Anderendaags houden de wolken hardnekkig stand, maar blijft het droog. Gelukkig, want we hadden besloten om te voet de 7 km naar de ‘tombe van keizer Tu Duc’ af te leggen. Onderweg maken we een tussenstop bij de Thien Mu pagode. We worden door een vrouw de tempel binnengeleid. Ze neemt foto’s en dirigeert ons in allerlei poses… voor een aalmoes achteraf.
De ‘tombe’ blijkt meer een oude verblijfplaats te zijn geweest van de keizer. Op het domein staan de oude keizerlijke vertrekken, alsook de woonplaatsen van zijn concubines, zijn graftombe en die van de keizerin. We hadden niet zo’n heel hoge verwachtingen, maar het geheel verrast ons aangenaam.
Onderweg naar Hoi An bezoeken we de “Marble mountains”. Ooit werd hier marmer ontgonnen, nu is het vooral een toeristische trekpleisters waar men probeert marmeren beelden van de hand te doen. De natuurlijke grotten met de verschillende boeddhabeelden in de rotsheuvels zijn wel het bezoeken waard.

We take our time in Nhatrang before we head further north to Hue. Lies’s ex-colleague Nadine and her husband Luc have arrived in Vietnam and we tune our trips to each other. We welcome them on a grey, ‘Belgian’ rainy day at Hue. Nice of them to bring us some bad weather after 4 months ;-). In Hue we visit the imperial palace. It’s being renovated and that’s necessary. The whole complex seems a bit at a loss. After a thorough cleanup this place will definitely be worthwhile visiting, but now we leave the premises a bit disappointed.
The next day the clouds still stand, but at least it doesn’t rain. Luckily, because we had decided to walk the 7 kms to the ‘tomb of emperor Tu Duc’. On the way we make a stop-over at the Thien Mu pagoda. A woman shows us the way in. She takes pictures of us and directs us into several poses… for some alms afterwards.
The ‘tomb’ turns out to be the old residence of the emperor. On the premises there are the old imperial rooms and those of his concubines, as well as his tomb and that of his empress. We didn’t know what to expect of this place, but we are pleasantly surprised.
On the way to Hoi An we halt at the Marble Mountains. In the old days marble was exploited here. Nowadays, it’s a touristic place where people try to sell marble statues. The natural caves with various Buddha statues in the rocky hills are well worth the climb and the visit!

Welkom Nadine en Luc / Welcome Nadine and Luc

Welkom Nadine en Luc / Welcome Nadine and Luc

Hue: Koninklijk paleis/Royal palace

Hue: Koninklijk paleis/Royal palace

Hue: Thien Mu pagoda

Hue: Thien Mu pagoda

Hue: Thien Mu pagoda

Hue: Thien Mu pagoda

Het oude centrum van Hoi An is UNESCO-werelderfgoed. De binnenstad als het “Brugge van Zuid-Oost-Azië” bestempelen, zou te veel van het goede zijn, maar het is gezellig kuieren door de kleine straatjes, langs de honderden winkeltjes… in de zon. Jawel, na een paar afwezige dagen laat ze zich weer van haar mooiste kant zien. We wonen er tussendoor een opvoering van traditionele muziek en dans bij en bezoeken verschillende tempels en traditionele huizen. Ja, er wordt ook cultuur gesnoven met Nadine en Luc, niet enkel cocktails gedronken…
Even buiten Hoi An liggen de ruïnes van My Son. Toen de Champa-cultuur hoogtij vierde in de regio werden hier tempels gebouwd, waarvan men zich tot op vandaag nog buigt over de bouwstijl. Het blijft een raadsel hoe de stenen gebouwen bleven staan zonder ‘kleefmiddel’ tussen de gladde stenen. Gelukkig hebben we een gids mee die ons het verhaal van het Champavolk en de betekenis van de verschillende tempelruïnes uit de doeken doet. Je moet wel heel goed luisteren. Net als bij andere Vietnamezen is zijn Engels niet zo denderend. En net als zijn landgenoten spreekt ook hij vaak de laatste letters niet uit (vooral sisklanken worden weggelaten).

The old centre of Hoi An is recognised as UNESCO world heritage. To label the inner town as “Bruges of South-East Asia” would be exaggerated, but it’s nice to stroll through the small streets, along hundreds of small shops… in the sun. Indeed, after a few days of absence, the sun is honouring us again with her presence. We join a show of traditional music and dance and visit several temples and traditional houses. Yes, we do indulge in culture with Nadine and Luc; we don’t only enjoy cocktails…
Just outside of Hoi An are the ruins of My Son. In the heydays of the Champa culture temples were built here. Specialist are still wondering how these were built without collapsing, because no adhesive was used between the smooth bricks. We are happy to have a guide explaining all about the Champa people and the meaning of the various temples. You have to listen very carefully, though. As with other Vietnamese his English is not that good. And as his compatriots he often does not pronounce the endings of words (especially sibilants are left out).

Marble Mountains

Marble Mountains

Hoi An: traditionele klederdracht / traditional clothing

Hoi An: traditionele klederdracht / traditional clothing

Hoi An: opvoering traditionele dans en muziek / performance of traditional dance and music

Hoi An: opvoering traditionele dans en muziek / performance of traditional dance and music

Hoi An

Hoi An

My Son

My Son

Na een laatste cocktail nemen we afscheid van Nadine en Luc, die door een plaatselijke, jonge verkoopster werd omgedoopt tot “Happy Buddha”. Je vraagt je af waarom… ;-). Zij genieten nog even verder van de zon, terwijl wij in Ninh Binh opnieuw met ons hoofd in de grijze wolken lopen. In de buurt van het grijze stadje laten we ons per motorfiets naar de Bai Dinh-tempel en Mua-grot brengen. Vooraleer we de grot kunnen bezoeken, worden we door een fotografe uitgenodigd om op een trouwfoto van een jong paar te figureren. Dit lijkt ons eerst wat vreemd, maar we willen de jonggehuwden niet ontgoochelen en halen onze breedste glimlach boven. Daarna klimmen we de trappen op en proberen van het uitzicht door de mist te genieten.
Ver volgens gaan we bootje varen bij Tam Coc. De bestuurders roeien met hun voeten, net alsof ze fietsen. We hebben geluk. Als wij in ons bootje stappen, zijn bijna geen andere toeristen onderweg en kunnen we in alle stilte genieten van het adembenemende landschap.

After a last cocktail we say goodbye to Nadine and Luc, who was renamed “Happy Buddha” by a young local salesgirl. One wonders why… ;-). They keep enjoying the sun, while we get surrounded by clouds again in Ninh Binh. We have ourselves brought to the Bai Dinh temple and the Mua cave in the vicinity of this dull town per motorbike. Before we can visit the cave, we are invited by a photographer to join in on the wedding picture of a young couple. This seems a bit peculiar, but we don’t want to disappoint the newly weds and serve them our broadest smile, after which we climb the stairs and try to enjoy the view through the fog.
Then we jump into a small boat to Tam Coc. The boats(wo)men row with their feet, as if riding a bicycle. We are lucky. When we get into our boat, almost no other tourists are on the water, so we can enjoy the breathtaking landscape in silence.

Ninh Binh

Ninh Binh

Ninh Binh - Mua cave: trouwfoto / wedding picture

Ninh Binh – Mua cave: trouwfoto / wedding picture

Ninh Binh: Tam Coc

Ninh Binh: Tam Coc

We hebben in Vietnam wat het ‘tempo uit de reis gehaald’ en hebben onszelf wat meer rust gegund. (Ja, reizen kan vermoeiend zijn.) Maar ons lichaam snakt naar wat beweging. En die gaan we zoeken op Cat Ba-eiland in Halong Bay. De grote verplaatsingen hebben we in Vietnam met toeristische nachtbussen gedaan. We zijn blij dat we hier weer eens zelf ons vervoer kunnen regelen in het plaatselijke busstation ipv alles door een reisbureau of het hostel te laten voorkauwen. We zitten nog eens op een klein, lokaal busje richting Hai Phuong aan de kust. Daarna stappen we op een boot die ons door de grootste haven van Vietnam naar het eiland brengt.
We stappen er een dag door de jungle. Het begin van de wandeling is wat ontgoochelend. Een aangelegde betonweg brengt ons het bos in en samen met onze Duitse en Franse medewandelaars vrezen we dat dit voor de rest van de tocht zo zal zijn. Wat een verschil met onze andere tochten in Myanmar, Laos of Cambodja. Maar we zijn wat voorbarig. De betonweg verandert in een bospad en dat verandert in een rotspad waar we op en over moeten klauteren. De zes hellingen op het parcours zijn kuitenbijters. Als we de andere kant van het eiland bereiken, mogen we de boot op die ons naar Cat Ba-stad zal terugbrengen. We zijn vandaag alweer tevreden dat het niet regent en dat we van onze boottocht tussen de honderden rotseilandjes van Halong Bay kunnen genieten. Dit is een van de mooiste plekken van Vietnam! De dag erop kunnen we er minder van genieten. Een dichte mist heeft de omgeving omarmd en houdt dit prachtige stukje natuur gevangen. De schipper vindt gelukkig wel zijn weg naar Halong City, van waaruit we doorreizen naar Hanoi.

In Vietnam we kind of “took the pace” out of our trip and granted ourselves a bit more rest. (Well, yes, travelling can be tiring.) But our bodies are longing for some exercise. And we’re going to look for that on Cat Ba island in the Halong Bay. The big transfers in Vietnam we did with touristic nightbuses. Now, we’re happy to be able to arrange our transport ourselves at the local bus station instead of having everything done by a travel agency or the hostel. We are again on a small, local bus heading for coastal Hai Phuong. There we change to a boat that brings us through the largest harbor of Vietnam to the island of Cat Ba.
We hike through the jungle for a day. The start of the hike is a bit disappointing. A concrete road leads us into the forest and as our German and French fellow-hikers we’re afraid that the road will continue the whole way. What a difference to our trekkings in Myanmar, Laos and Cambodia. However, the concrete road changes into a dirt path with changes into a path with rocks, which we need to climb. The six hills we have to cross are leg killers as well. Upon reaching the other side of the island, we get onto a boat that will bring us back to Cat Ba City. Today, again, we are already happy it doesn’t rain and we enjoy are boat ride amongst the hundreds of rocky islands of Halong Bay. This is one of the most beautiful spots of Vietnam! The next day fog is blocking our views of the scenery upon returning to the mainland. Luckily, the boatsman finds his way to Halong City, from where we continue to Hanoi.

Cat Ba Island

Cat Ba Island

Cat Ba Island: Halong Bay

Cat Ba Island: Halong Bay

De hoofdstad van Vietnam kan ons minder bekoren. Misschien heeft de mindere weersperiode (nat en ‘koud’) hiermee te maken of het feit dat we het einde van onze Zuid-Oost-Aziëreis voelen naderen. We beperken ons tot een wandeling rond het kleine meer en door de kleine straatjes in de stad. Grappig is wel dat de winkels per straat worden opgedeeld. Zo heb je de “elektrostraat”, “ijzerwarenstraat”, “lingeriestraat”, “lederwarenstraat”, “pluchenberenstraat”, …
Onze kamer in het hostel is de slechtste die we tot nog toe hadden, klein, muf, vochtig, … maar het gratis vat bier ’s avonds maakt veel goed . We willen hierbij even kort opmerken dat we wel degelijk ook heel veel water hebben gedronken en drinken. Anders droog je hier heel snel uit. Handig hier is dat de grote flessen water van een handvat zijn voorzien, wat het makkelijk maakt om ze mee te nemen. En met een fles water in je handen denk je er ook sneller aan te drinken!
Oh, wat doet de broeierige Bangkok-zon goed. Nog even wat warmte tanken in de Thaise hoofdstad voor we op 6 maart richting Istanboel vliegen, waar de weersvooruitzichten slechter zijn dan in België. Een mens zou bijna verlangen om naar huis te gaan… Maar dat is nog niet voor onmiddellijk. We hebben nog werk voor de boeg.

Vietnam’s capital doesn’t really charm us. Maybe this has to do with the period of less good weather (wet and ‘cold’) or with the fact that we feel the end of the South-East Asian part of our trip come closer. We keep to walking around the small lake and through the smaller streets of the city. It’s quite funny, though, that the streets are covered with the same shops, e.g. there is a “electrical appliances street”, “hardware street”, “lingerie street”, “leatherware street”, “plush bear street”, …
Our room at the hostel is the worst by far we had up until now, small, mouldy, damp, … but the free beer in the evening makes up for it . We just want to remark that we actually drink a lot of water as well. Otherwise you dehydrate very quickly here. The big water bottles here come with a handy handle, which makes it easy to carry. And carrying a bottle with you reminds you to drink every once in a while!
Oh, how good the sweltering Bangkok sun feels! Just taking in some heath in the Thai capital before we fly to Istanbul on 6th March, where weather forecasts are worse than in Belgium. One would almost long to go home… But that’s not for the near future. There’s still some work to be done.

Hanoi, Ho Chi Minh mausoleum

Hanoi, Ho Chi Minh mausoleum

Hanoi: stadscentrum / city center

Hanoi: stadscentrum / city center

2 thoughts on “VIETNAM

  1. Mooi verhaal Jhony en Lies! Bedankt om ons op afstand toch een beetje ‘mee’ te laten reizen!
    Stel het nog héél goed in de 2de helft van jullie avontuur!
    Groetjes
    Monika en Kristof

Leave a comment